De of het werkbevolking?

De werkbevolking

Is het de of het werkbevolking

In de Nederlandse taal gebruiken wij de werkbevolking.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?

English: working population

Jou of jouw: jouw werkbevolking

Buigings-e:
Mooi of mooie werkbevolking
Groot of grote werkbevolking
Half of halve werkbevolking
Grappig of grappige werkbevolking
Leeg of lege werkbevolking
leuk of leuke werkbevolking
Vet of vette werkbevolking
Snel of snelle werkbevolking
Wit of witte werkbevolking
Klein of kleine werkbevolking
Rood of rode werkbevolking
Dik of dikke werkbevolking
Oud of oude werkbevolking
Goed of goede werkbevolking
Wat rijmt er op werkbevolking

Elk of elke: Elke werkbevolking
Aanwijzend voornaamwoord: Die werkbevolking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze werkbevolking
Wat rijmt er op werkbevolking

Oefening van de dag

Dagelijkse mail

De Nederlandse taal goed onder de knie krijgen? Oefen dan elke dag de lidwoorden. Wij sturen elke dag om 7.15 een e-mail met de link naar de oefening van de dag.

E-mail ontvangen

De of het memorie

Bekijk het spel

De muismat

Bekijk de muismat