De of het thuisnummer?
Het thuisnummer
Is het de of het thuisnummer
In de Nederlandse taal gebruiken wij het thuisnummer.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: home number
Jou of jouw: jouw thuisnummer
Buigings-e:
Mooi of mooie thuisnummer
Groot of grote thuisnummer
Half of halve thuisnummer
Grappig of grappige thuisnummer
Leeg of lege thuisnummer
leuk of leuke thuisnummer
Vet of vette thuisnummer
Snel of snelle thuisnummer
Wit of witte thuisnummer
Klein of kleine thuisnummer
Rood of rode thuisnummer
Dik of dikke thuisnummer
Oud of oude thuisnummer
Goed of goede thuisnummer
Wat rijmt er op thuisnummer
Elk of elke: Elk thuisnummer
Aanwijzend voornaamwoord: Dat thuisnummer
Bezittelijk voornaamwoord: Ons thuisnummer
Wat rijmt er op thuisnummer
Buigings-e:
Mooi of mooie thuisnummer
Groot of grote thuisnummer
Half of halve thuisnummer
Grappig of grappige thuisnummer
Leeg of lege thuisnummer
leuk of leuke thuisnummer
Vet of vette thuisnummer
Snel of snelle thuisnummer
Wit of witte thuisnummer
Klein of kleine thuisnummer
Rood of rode thuisnummer
Dik of dikke thuisnummer
Oud of oude thuisnummer
Goed of goede thuisnummer
Wat rijmt er op thuisnummer
Elk of elke: Elk thuisnummer
Aanwijzend voornaamwoord: Dat thuisnummer
Bezittelijk voornaamwoord: Ons thuisnummer
Wat rijmt er op thuisnummer
Oefening van de dag
