De of het paasmaand?
De paasmaand
Is het de of het paasmaand
In de Nederlandse taal gebruiken wij de paasmaand.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: Easter month
Deutsch: Ostern Monat | Bekijk of het der of die Ostern Monat is.
Français: Mois Pâques | Bekijk of het Le o La Mois Pâques is.
Jou of jouw: jouw paasmaand
Buigings-e:
Mooi of mooie paasmaand
Groot of grote paasmaand
Half of halve paasmaand
Grappig of grappige paasmaand
Leeg of lege paasmaand
leuk of leuke paasmaand
Vet of vette paasmaand
Snel of snelle paasmaand
Wit of witte paasmaand
Klein of kleine paasmaand
Rood of rode paasmaand
Dik of dikke paasmaand
Oud of oude paasmaand
Goed of goede paasmaand
Wat rijmt er op paasmaand
Elk of elke: Elke paasmaand
Aanwijzend voornaamwoord: Die paasmaand
Bezittelijk voornaamwoord: Onze paasmaand
Wat rijmt er op paasmaand
Buigings-e:
Mooi of mooie paasmaand
Groot of grote paasmaand
Half of halve paasmaand
Grappig of grappige paasmaand
Leeg of lege paasmaand
leuk of leuke paasmaand
Vet of vette paasmaand
Snel of snelle paasmaand
Wit of witte paasmaand
Klein of kleine paasmaand
Rood of rode paasmaand
Dik of dikke paasmaand
Oud of oude paasmaand
Goed of goede paasmaand
Wat rijmt er op paasmaand
Elk of elke: Elke paasmaand
Aanwijzend voornaamwoord: Die paasmaand
Bezittelijk voornaamwoord: Onze paasmaand
Wat rijmt er op paasmaand
Oefening van de dag