De of het luchthavengebouw?
Het luchthavengebouw
Is het de of het luchthavengebouw
In de Nederlandse taal gebruiken wij het luchthavengebouw.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: airport building
Deutsch: Flughafengebäude | Bekijk of het der of die Flughafengebäude is.
Français: bâtiment aéroport | Bekijk of het Le o La bâtiment aéroport is.
Jou of jouw: jouw luchthavengebouw
Buigings-e:
Mooi of mooie luchthavengebouw
Groot of grote luchthavengebouw
Half of halve luchthavengebouw
Grappig of grappige luchthavengebouw
Leeg of lege luchthavengebouw
leuk of leuke luchthavengebouw
Vet of vette luchthavengebouw
Snel of snelle luchthavengebouw
Wit of witte luchthavengebouw
Klein of kleine luchthavengebouw
Rood of rode luchthavengebouw
Dik of dikke luchthavengebouw
Oud of oude luchthavengebouw
Goed of goede luchthavengebouw
Wat rijmt er op luchthavengebouw
Elk of elke: Elk luchthavengebouw
Aanwijzend voornaamwoord: Dat luchthavengebouw
Bezittelijk voornaamwoord: Ons luchthavengebouw
Wat rijmt er op luchthavengebouw
Buigings-e:
Mooi of mooie luchthavengebouw
Groot of grote luchthavengebouw
Half of halve luchthavengebouw
Grappig of grappige luchthavengebouw
Leeg of lege luchthavengebouw
leuk of leuke luchthavengebouw
Vet of vette luchthavengebouw
Snel of snelle luchthavengebouw
Wit of witte luchthavengebouw
Klein of kleine luchthavengebouw
Rood of rode luchthavengebouw
Dik of dikke luchthavengebouw
Oud of oude luchthavengebouw
Goed of goede luchthavengebouw
Wat rijmt er op luchthavengebouw
Elk of elke: Elk luchthavengebouw
Aanwijzend voornaamwoord: Dat luchthavengebouw
Bezittelijk voornaamwoord: Ons luchthavengebouw
Wat rijmt er op luchthavengebouw
Oefening van de dag