De of het dreigingsassesment?
Het dreigingsassesment
Is het de of het dreigingsassesment
In de Nederlandse taal gebruiken wij het dreigingsassesment.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: threat assessment
Jou of jouw: jouw dreigingsassesment
Buigings-e:
Mooi of mooie dreigingsassesment
Groot of grote dreigingsassesment
Half of halve dreigingsassesment
Grappig of grappige dreigingsassesment
Leeg of lege dreigingsassesment
leuk of leuke dreigingsassesment
Vet of vette dreigingsassesment
Snel of snelle dreigingsassesment
Wit of witte dreigingsassesment
Klein of kleine dreigingsassesment
Rood of rode dreigingsassesment
Dik of dikke dreigingsassesment
Oud of oude dreigingsassesment
Goed of goede dreigingsassesment
Wat rijmt er op dreigingsassesment
Elk of elke: Elk dreigingsassesment
Aanwijzend voornaamwoord: Dat dreigingsassesment
Bezittelijk voornaamwoord: Ons dreigingsassesment
Wat rijmt er op dreigingsassesment
Buigings-e:
Mooi of mooie dreigingsassesment
Groot of grote dreigingsassesment
Half of halve dreigingsassesment
Grappig of grappige dreigingsassesment
Leeg of lege dreigingsassesment
leuk of leuke dreigingsassesment
Vet of vette dreigingsassesment
Snel of snelle dreigingsassesment
Wit of witte dreigingsassesment
Klein of kleine dreigingsassesment
Rood of rode dreigingsassesment
Dik of dikke dreigingsassesment
Oud of oude dreigingsassesment
Goed of goede dreigingsassesment
Wat rijmt er op dreigingsassesment
Elk of elke: Elk dreigingsassesment
Aanwijzend voornaamwoord: Dat dreigingsassesment
Bezittelijk voornaamwoord: Ons dreigingsassesment
Wat rijmt er op dreigingsassesment
Oefening van de dag