De of het cartotheek?
De cartotheek
Is het de of het cartotheek
In de Nederlandse taal gebruiken wij de cartotheek.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: filing cabinet
Deutsch: aktenschrank | Bekijk of het der of die aktenschrank is.
Français: classeur | Bekijk of het Le o La classeur is.
Jou of jouw: jouw cartotheek
Buigings-e:
Mooi of mooie cartotheek
Groot of grote cartotheek
Half of halve cartotheek
Grappig of grappige cartotheek
Leeg of lege cartotheek
leuk of leuke cartotheek
Vet of vette cartotheek
Snel of snelle cartotheek
Wit of witte cartotheek
Klein of kleine cartotheek
Rood of rode cartotheek
Dik of dikke cartotheek
Oud of oude cartotheek
Goed of goede cartotheek
Wat rijmt er op cartotheek
Elk of elke: Elke cartotheek
Aanwijzend voornaamwoord: Die cartotheek
Bezittelijk voornaamwoord: Onze cartotheek
Wat rijmt er op cartotheek
Buigings-e:
Mooi of mooie cartotheek
Groot of grote cartotheek
Half of halve cartotheek
Grappig of grappige cartotheek
Leeg of lege cartotheek
leuk of leuke cartotheek
Vet of vette cartotheek
Snel of snelle cartotheek
Wit of witte cartotheek
Klein of kleine cartotheek
Rood of rode cartotheek
Dik of dikke cartotheek
Oud of oude cartotheek
Goed of goede cartotheek
Wat rijmt er op cartotheek
Elk of elke: Elke cartotheek
Aanwijzend voornaamwoord: Die cartotheek
Bezittelijk voornaamwoord: Onze cartotheek
Wat rijmt er op cartotheek
Oefening van de dag