De of het bedrijfsobligatie?

De bedrijfsobligatie

Is het de of het bedrijfsobligatie

In de Nederlandse taal gebruiken wij de bedrijfsobligatie.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?

English: corporate bond

Jou of jouw: jouw bedrijfsobligatie

Buigings-e:
Mooi of mooie bedrijfsobligatie
Groot of grote bedrijfsobligatie
Half of halve bedrijfsobligatie
Grappig of grappige bedrijfsobligatie
Leeg of lege bedrijfsobligatie
leuk of leuke bedrijfsobligatie
Vet of vette bedrijfsobligatie
Snel of snelle bedrijfsobligatie
Wit of witte bedrijfsobligatie
Klein of kleine bedrijfsobligatie
Rood of rode bedrijfsobligatie
Dik of dikke bedrijfsobligatie
Oud of oude bedrijfsobligatie
Goed of goede bedrijfsobligatie
Wat rijmt er op bedrijfsobligatie

Elk of elke: Elke bedrijfsobligatie
Aanwijzend voornaamwoord: Die bedrijfsobligatie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze bedrijfsobligatie
Wat rijmt er op bedrijfsobligatie

Oefening van de dag

Dagelijkse mail

De Nederlandse taal goed onder de knie krijgen? Oefen dan elke dag de lidwoorden. Wij sturen elke dag om 7.15 een e-mail met de link naar de oefening van de dag.

E-mail ontvangen

De of het memorie

Bekijk het spel

De muismat

Bekijk de muismat