De of het zomerbedding?
De zomerbedding
Is het de of het zomerbedding
In de Nederlandse taal gebruiken wij de zomerbedding.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: summer bedding
Deutsch: Sommerkurs | Bekijk of het der of die Sommerkurs is.
Français: cours d'été | Bekijk of het Le o La cours d'été is.
Jou of jouw: jouw zomerbedding
Buigings-e:
Mooi of mooie zomerbedding
Groot of grote zomerbedding
Half of halve zomerbedding
Grappig of grappige zomerbedding
Leeg of lege zomerbedding
leuk of leuke zomerbedding
Vet of vette zomerbedding
Snel of snelle zomerbedding
Wit of witte zomerbedding
Klein of kleine zomerbedding
Rood of rode zomerbedding
Dik of dikke zomerbedding
Oud of oude zomerbedding
Goed of goede zomerbedding
Wat rijmt er op zomerbedding
Elk of elke: Elke zomerbedding
Aanwijzend voornaamwoord: Die zomerbedding
Bezittelijk voornaamwoord: Onze zomerbedding
Wat rijmt er op zomerbedding
Buigings-e:
Mooi of mooie zomerbedding
Groot of grote zomerbedding
Half of halve zomerbedding
Grappig of grappige zomerbedding
Leeg of lege zomerbedding
leuk of leuke zomerbedding
Vet of vette zomerbedding
Snel of snelle zomerbedding
Wit of witte zomerbedding
Klein of kleine zomerbedding
Rood of rode zomerbedding
Dik of dikke zomerbedding
Oud of oude zomerbedding
Goed of goede zomerbedding
Wat rijmt er op zomerbedding
Elk of elke: Elke zomerbedding
Aanwijzend voornaamwoord: Die zomerbedding
Bezittelijk voornaamwoord: Onze zomerbedding
Wat rijmt er op zomerbedding
Oefening van de dag