De of het winstdeelneming?
De winstdeelneming
Is het de of het winstdeelneming
In de Nederlandse taal gebruiken wij de winstdeelneming.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: profit participation
Jou of jouw: jouw winstdeelneming
Buigings-e:
Mooi of mooie winstdeelneming
Groot of grote winstdeelneming
Half of halve winstdeelneming
Grappig of grappige winstdeelneming
Leeg of lege winstdeelneming
leuk of leuke winstdeelneming
Vet of vette winstdeelneming
Snel of snelle winstdeelneming
Wit of witte winstdeelneming
Klein of kleine winstdeelneming
Rood of rode winstdeelneming
Dik of dikke winstdeelneming
Oud of oude winstdeelneming
Goed of goede winstdeelneming
Wat rijmt er op winstdeelneming
Elk of elke: Elke winstdeelneming
Aanwijzend voornaamwoord: Die winstdeelneming
Bezittelijk voornaamwoord: Onze winstdeelneming
Wat rijmt er op winstdeelneming
Buigings-e:
Mooi of mooie winstdeelneming
Groot of grote winstdeelneming
Half of halve winstdeelneming
Grappig of grappige winstdeelneming
Leeg of lege winstdeelneming
leuk of leuke winstdeelneming
Vet of vette winstdeelneming
Snel of snelle winstdeelneming
Wit of witte winstdeelneming
Klein of kleine winstdeelneming
Rood of rode winstdeelneming
Dik of dikke winstdeelneming
Oud of oude winstdeelneming
Goed of goede winstdeelneming
Wat rijmt er op winstdeelneming
Elk of elke: Elke winstdeelneming
Aanwijzend voornaamwoord: Die winstdeelneming
Bezittelijk voornaamwoord: Onze winstdeelneming
Wat rijmt er op winstdeelneming
Oefening van de dag