De of het voorspreekster?
De voorspreekster
Is het de of het voorspreekster
In de Nederlandse taal gebruiken wij de voorspreekster.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: advocate
Deutsch: Befürworter | Bekijk of het der of die Befürworter is.
Français: avocat | Bekijk of het Le o La avocat is.
Jou of jouw: jouw voorspreekster
Buigings-e:
Mooi of mooie voorspreekster
Groot of grote voorspreekster
Half of halve voorspreekster
Grappig of grappige voorspreekster
Leeg of lege voorspreekster
leuk of leuke voorspreekster
Vet of vette voorspreekster
Snel of snelle voorspreekster
Wit of witte voorspreekster
Klein of kleine voorspreekster
Rood of rode voorspreekster
Dik of dikke voorspreekster
Oud of oude voorspreekster
Goed of goede voorspreekster
Wat rijmt er op voorspreekster
Elk of elke: Elke voorspreekster
Aanwijzend voornaamwoord: Die voorspreekster
Bezittelijk voornaamwoord: Onze voorspreekster
Wat rijmt er op voorspreekster
Buigings-e:
Mooi of mooie voorspreekster
Groot of grote voorspreekster
Half of halve voorspreekster
Grappig of grappige voorspreekster
Leeg of lege voorspreekster
leuk of leuke voorspreekster
Vet of vette voorspreekster
Snel of snelle voorspreekster
Wit of witte voorspreekster
Klein of kleine voorspreekster
Rood of rode voorspreekster
Dik of dikke voorspreekster
Oud of oude voorspreekster
Goed of goede voorspreekster
Wat rijmt er op voorspreekster
Elk of elke: Elke voorspreekster
Aanwijzend voornaamwoord: Die voorspreekster
Bezittelijk voornaamwoord: Onze voorspreekster
Wat rijmt er op voorspreekster
Oefening van de dag