De of het setdressing?

De setdressing

Is het de of het setdressing

In de Nederlandse taal gebruiken wij de setdressing.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?

English: setdressing

Jou of jouw: jouw setdressing

Buigings-e:
Mooi of mooie setdressing
Groot of grote setdressing
Half of halve setdressing
Grappig of grappige setdressing
Leeg of lege setdressing
leuk of leuke setdressing
Vet of vette setdressing
Snel of snelle setdressing
Wit of witte setdressing
Klein of kleine setdressing
Rood of rode setdressing
Dik of dikke setdressing
Oud of oude setdressing
Goed of goede setdressing
Wat rijmt er op setdressing

Elk of elke: Elke setdressing
Aanwijzend voornaamwoord: Die setdressing
Bezittelijk voornaamwoord: Onze setdressing
Wat rijmt er op setdressing

Oefening van de dag

Dagelijkse mail

De Nederlandse taal goed onder de knie krijgen? Oefen dan elke dag de lidwoorden. Wij sturen elke dag om 7.15 een e-mail met de link naar de oefening van de dag.

E-mail ontvangen

De of het memorie

Bekijk het spel

De muismat

Bekijk de muismat