De of het natuurdagboek?
Het natuurdagboek
Is het de of het natuurdagboek
In de Nederlandse taal gebruiken wij het natuurdagboek.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: nature journal
Deutsch: Naturtagebuch | Bekijk of het der of die Naturtagebuch is.
Français: nature journal | Bekijk of het Le o La nature journal is.
Jou of jouw: jouw natuurdagboek
Buigings-e:
Mooi of mooie natuurdagboek
Groot of grote natuurdagboek
Half of halve natuurdagboek
Grappig of grappige natuurdagboek
Leeg of lege natuurdagboek
leuk of leuke natuurdagboek
Vet of vette natuurdagboek
Snel of snelle natuurdagboek
Wit of witte natuurdagboek
Klein of kleine natuurdagboek
Rood of rode natuurdagboek
Dik of dikke natuurdagboek
Oud of oude natuurdagboek
Goed of goede natuurdagboek
Wat rijmt er op natuurdagboek
Elk of elke: Elk natuurdagboek
Aanwijzend voornaamwoord: Dat natuurdagboek
Bezittelijk voornaamwoord: Ons natuurdagboek
Wat rijmt er op natuurdagboek
Buigings-e:
Mooi of mooie natuurdagboek
Groot of grote natuurdagboek
Half of halve natuurdagboek
Grappig of grappige natuurdagboek
Leeg of lege natuurdagboek
leuk of leuke natuurdagboek
Vet of vette natuurdagboek
Snel of snelle natuurdagboek
Wit of witte natuurdagboek
Klein of kleine natuurdagboek
Rood of rode natuurdagboek
Dik of dikke natuurdagboek
Oud of oude natuurdagboek
Goed of goede natuurdagboek
Wat rijmt er op natuurdagboek
Elk of elke: Elk natuurdagboek
Aanwijzend voornaamwoord: Dat natuurdagboek
Bezittelijk voornaamwoord: Ons natuurdagboek
Wat rijmt er op natuurdagboek
Oefening van de dag
