De of het merkgeneesmiddel?
Het merkgeneesmiddel
Is het de of het merkgeneesmiddel
In de Nederlandse taal gebruiken wij het merkgeneesmiddel.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: brand drug
Deutsch: Marke Droge | Bekijk of het der of die Marke Droge is.
Français: médicament de marque | Bekijk of het Le o La médicament de marque is.
Jou of jouw: jouw merkgeneesmiddel
Buigings-e:
Mooi of mooie merkgeneesmiddel
Groot of grote merkgeneesmiddel
Half of halve merkgeneesmiddel
Grappig of grappige merkgeneesmiddel
Leeg of lege merkgeneesmiddel
leuk of leuke merkgeneesmiddel
Vet of vette merkgeneesmiddel
Snel of snelle merkgeneesmiddel
Wit of witte merkgeneesmiddel
Klein of kleine merkgeneesmiddel
Rood of rode merkgeneesmiddel
Dik of dikke merkgeneesmiddel
Oud of oude merkgeneesmiddel
Goed of goede merkgeneesmiddel
Wat rijmt er op merkgeneesmiddel
Elk of elke: Elk merkgeneesmiddel
Aanwijzend voornaamwoord: Dat merkgeneesmiddel
Bezittelijk voornaamwoord: Ons merkgeneesmiddel
Wat rijmt er op merkgeneesmiddel
Buigings-e:
Mooi of mooie merkgeneesmiddel
Groot of grote merkgeneesmiddel
Half of halve merkgeneesmiddel
Grappig of grappige merkgeneesmiddel
Leeg of lege merkgeneesmiddel
leuk of leuke merkgeneesmiddel
Vet of vette merkgeneesmiddel
Snel of snelle merkgeneesmiddel
Wit of witte merkgeneesmiddel
Klein of kleine merkgeneesmiddel
Rood of rode merkgeneesmiddel
Dik of dikke merkgeneesmiddel
Oud of oude merkgeneesmiddel
Goed of goede merkgeneesmiddel
Wat rijmt er op merkgeneesmiddel
Elk of elke: Elk merkgeneesmiddel
Aanwijzend voornaamwoord: Dat merkgeneesmiddel
Bezittelijk voornaamwoord: Ons merkgeneesmiddel
Wat rijmt er op merkgeneesmiddel
Oefening van de dag