De of het klantenkaart?
De klantenkaart
Is het de of het klantenkaart
In de Nederlandse taal gebruiken wij de klantenkaart.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: loyalty
Deutsch: Loyalität | Bekijk of het der of die Loyalität is.
Français: fidélité | Bekijk of het Le o La fidélité is.
Jou of jouw: jouw klantenkaart
Buigings-e:
Mooi of mooie klantenkaart
Groot of grote klantenkaart
Half of halve klantenkaart
Grappig of grappige klantenkaart
Leeg of lege klantenkaart
leuk of leuke klantenkaart
Vet of vette klantenkaart
Snel of snelle klantenkaart
Wit of witte klantenkaart
Klein of kleine klantenkaart
Rood of rode klantenkaart
Dik of dikke klantenkaart
Oud of oude klantenkaart
Goed of goede klantenkaart
Wat rijmt er op klantenkaart
Elk of elke: Elke klantenkaart
Aanwijzend voornaamwoord: Die klantenkaart
Bezittelijk voornaamwoord: Onze klantenkaart
Wat rijmt er op klantenkaart
Buigings-e:
Mooi of mooie klantenkaart
Groot of grote klantenkaart
Half of halve klantenkaart
Grappig of grappige klantenkaart
Leeg of lege klantenkaart
leuk of leuke klantenkaart
Vet of vette klantenkaart
Snel of snelle klantenkaart
Wit of witte klantenkaart
Klein of kleine klantenkaart
Rood of rode klantenkaart
Dik of dikke klantenkaart
Oud of oude klantenkaart
Goed of goede klantenkaart
Wat rijmt er op klantenkaart
Elk of elke: Elke klantenkaart
Aanwijzend voornaamwoord: Die klantenkaart
Bezittelijk voornaamwoord: Onze klantenkaart
Wat rijmt er op klantenkaart
Oefening van de dag