De of het inbreken?
Het inbreken
Is het de of het inbreken
In de Nederlandse taal gebruiken wij het inbreken.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: break
Deutsch: einbrechen | Bekijk of het der of die einbrechen is.
Français: percer | Bekijk of het Le o La percer is.
Jou of jouw: jouw inbreken
Buigings-e:
Mooi of mooie inbreken
Groot of grote inbreken
Half of halve inbreken
Grappig of grappige inbreken
Leeg of lege inbreken
leuk of leuke inbreken
Vet of vette inbreken
Snel of snelle inbreken
Wit of witte inbreken
Klein of kleine inbreken
Rood of rode inbreken
Dik of dikke inbreken
Oud of oude inbreken
Goed of goede inbreken
Wat rijmt er op inbreken
Elk of elke: Elk inbreken
Aanwijzend voornaamwoord: Dat inbreken
Bezittelijk voornaamwoord: Ons inbreken
Wat rijmt er op inbreken
Buigings-e:
Mooi of mooie inbreken
Groot of grote inbreken
Half of halve inbreken
Grappig of grappige inbreken
Leeg of lege inbreken
leuk of leuke inbreken
Vet of vette inbreken
Snel of snelle inbreken
Wit of witte inbreken
Klein of kleine inbreken
Rood of rode inbreken
Dik of dikke inbreken
Oud of oude inbreken
Goed of goede inbreken
Wat rijmt er op inbreken
Elk of elke: Elk inbreken
Aanwijzend voornaamwoord: Dat inbreken
Bezittelijk voornaamwoord: Ons inbreken
Wat rijmt er op inbreken
Oefening van de dag