De of het horloge?
Het horloge
Is het de of het horloge
In de Nederlandse taal gebruiken wij het horloge.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
Bekijk hier de betekenis van horloge
Meervoud: horloges
Deutsch: achten auf | Bekijk of het der of die achten auf is.
Français: regarder | Bekijk of het Le o La regarder is.
Jou of jouw: jouw horloge
Buigings-e:
Mooi of mooie horloge
Groot of grote horloge
Half of halve horloge
Grappig of grappige horloge
Leeg of lege horloge
leuk of leuke horloge
Vet of vette horloge
Snel of snelle horloge
Wit of witte horloge
Klein of kleine horloge
Rood of rode horloge
Dik of dikke horloge
Oud of oude horloge
Goed of goede horloge
Wat rijmt er op horloge
Elk of elke: Elk horloge
Aanwijzend voornaamwoord: Dat horloge
Bezittelijk voornaamwoord: Ons horloge
Wat rijmt er op horloge
zakhorloge - repetitiehorloge - stophorloge -
Buigings-e:
Mooi of mooie horloge
Groot of grote horloge
Half of halve horloge
Grappig of grappige horloge
Leeg of lege horloge
leuk of leuke horloge
Vet of vette horloge
Snel of snelle horloge
Wit of witte horloge
Klein of kleine horloge
Rood of rode horloge
Dik of dikke horloge
Oud of oude horloge
Goed of goede horloge
Wat rijmt er op horloge
Elk of elke: Elk horloge
Aanwijzend voornaamwoord: Dat horloge
Bezittelijk voornaamwoord: Ons horloge
Wat rijmt er op horloge
zakhorloge - repetitiehorloge - stophorloge -
Oefening van de dag