De of het hoogbejaard?
De hoogbejaard
Is het de of het hoogbejaard
In de Nederlandse taal gebruiken wij de hoogbejaard.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: elderly
Deutsch: Alten | Bekijk of het der of die Alten is.
Français: personne âgée | Bekijk of het Le o La personne âgée is.
Jou of jouw: jouw hoogbejaard
Buigings-e:
Mooi of mooie hoogbejaard
Groot of grote hoogbejaard
Half of halve hoogbejaard
Grappig of grappige hoogbejaard
Leeg of lege hoogbejaard
leuk of leuke hoogbejaard
Vet of vette hoogbejaard
Snel of snelle hoogbejaard
Wit of witte hoogbejaard
Klein of kleine hoogbejaard
Rood of rode hoogbejaard
Dik of dikke hoogbejaard
Oud of oude hoogbejaard
Goed of goede hoogbejaard
Wat rijmt er op hoogbejaard
Elk of elke: Elke hoogbejaard
Aanwijzend voornaamwoord: Die hoogbejaard
Bezittelijk voornaamwoord: Onze hoogbejaard
Wat rijmt er op hoogbejaard
Buigings-e:
Mooi of mooie hoogbejaard
Groot of grote hoogbejaard
Half of halve hoogbejaard
Grappig of grappige hoogbejaard
Leeg of lege hoogbejaard
leuk of leuke hoogbejaard
Vet of vette hoogbejaard
Snel of snelle hoogbejaard
Wit of witte hoogbejaard
Klein of kleine hoogbejaard
Rood of rode hoogbejaard
Dik of dikke hoogbejaard
Oud of oude hoogbejaard
Goed of goede hoogbejaard
Wat rijmt er op hoogbejaard
Elk of elke: Elke hoogbejaard
Aanwijzend voornaamwoord: Die hoogbejaard
Bezittelijk voornaamwoord: Onze hoogbejaard
Wat rijmt er op hoogbejaard
Oefening van de dag