De of het glaswerk?
Het glaswerk
Is het de of het glaswerk
In de Nederlandse taal gebruiken wij het glaswerk.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: glassware
Deutsch: Glasgeschirr | Bekijk of het der of die Glasgeschirr is.
Français: verrerie | Bekijk of het Le o La verrerie is.
Jou of jouw: jouw glaswerk
Buigings-e:
Mooi of mooie glaswerk
Groot of grote glaswerk
Half of halve glaswerk
Grappig of grappige glaswerk
Leeg of lege glaswerk
leuk of leuke glaswerk
Vet of vette glaswerk
Snel of snelle glaswerk
Wit of witte glaswerk
Klein of kleine glaswerk
Rood of rode glaswerk
Dik of dikke glaswerk
Oud of oude glaswerk
Goed of goede glaswerk
Wat rijmt er op glaswerk
Elk of elke: Elk glaswerk
Aanwijzend voornaamwoord: Dat glaswerk
Bezittelijk voornaamwoord: Ons glaswerk
Wat rijmt er op glaswerk
laboratoriumglaswerk -
Buigings-e:
Mooi of mooie glaswerk
Groot of grote glaswerk
Half of halve glaswerk
Grappig of grappige glaswerk
Leeg of lege glaswerk
leuk of leuke glaswerk
Vet of vette glaswerk
Snel of snelle glaswerk
Wit of witte glaswerk
Klein of kleine glaswerk
Rood of rode glaswerk
Dik of dikke glaswerk
Oud of oude glaswerk
Goed of goede glaswerk
Wat rijmt er op glaswerk
Elk of elke: Elk glaswerk
Aanwijzend voornaamwoord: Dat glaswerk
Bezittelijk voornaamwoord: Ons glaswerk
Wat rijmt er op glaswerk
laboratoriumglaswerk -
Oefening van de dag