De of het gezichtsafstand?
De gezichtsafstand
Is het de of het gezichtsafstand
In de Nederlandse taal gebruiken wij de gezichtsafstand.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: viewing distance
Deutsch: Sichtweite | Bekijk of het der of die Sichtweite is.
Français: la distance de visibilité | Bekijk of het Le o La la distance de visibilité is.
Jou of jouw: jouw gezichtsafstand
Buigings-e:
Mooi of mooie gezichtsafstand
Groot of grote gezichtsafstand
Half of halve gezichtsafstand
Grappig of grappige gezichtsafstand
Leeg of lege gezichtsafstand
leuk of leuke gezichtsafstand
Vet of vette gezichtsafstand
Snel of snelle gezichtsafstand
Wit of witte gezichtsafstand
Klein of kleine gezichtsafstand
Rood of rode gezichtsafstand
Dik of dikke gezichtsafstand
Oud of oude gezichtsafstand
Goed of goede gezichtsafstand
Wat rijmt er op gezichtsafstand
Elk of elke: Elke gezichtsafstand
Aanwijzend voornaamwoord: Die gezichtsafstand
Bezittelijk voornaamwoord: Onze gezichtsafstand
Wat rijmt er op gezichtsafstand
Buigings-e:
Mooi of mooie gezichtsafstand
Groot of grote gezichtsafstand
Half of halve gezichtsafstand
Grappig of grappige gezichtsafstand
Leeg of lege gezichtsafstand
leuk of leuke gezichtsafstand
Vet of vette gezichtsafstand
Snel of snelle gezichtsafstand
Wit of witte gezichtsafstand
Klein of kleine gezichtsafstand
Rood of rode gezichtsafstand
Dik of dikke gezichtsafstand
Oud of oude gezichtsafstand
Goed of goede gezichtsafstand
Wat rijmt er op gezichtsafstand
Elk of elke: Elke gezichtsafstand
Aanwijzend voornaamwoord: Die gezichtsafstand
Bezittelijk voornaamwoord: Onze gezichtsafstand
Wat rijmt er op gezichtsafstand
Oefening van de dag