De of het gelikt?
Het gelikt
Is het de of het gelikt
In de Nederlandse taal gebruiken wij het gelikt.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: licked
Deutsch: leckte | Bekijk of het der of die leckte is.
Français: léché | Bekijk of het Le o La léché is.
Jou of jouw: jouw gelikt
Buigings-e:
Mooi of mooie gelikt
Groot of grote gelikt
Half of halve gelikt
Grappig of grappige gelikt
Leeg of lege gelikt
leuk of leuke gelikt
Vet of vette gelikt
Snel of snelle gelikt
Wit of witte gelikt
Klein of kleine gelikt
Rood of rode gelikt
Dik of dikke gelikt
Oud of oude gelikt
Goed of goede gelikt
Wat rijmt er op gelikt
Elk of elke: Elk gelikt
Aanwijzend voornaamwoord: Dat gelikt
Bezittelijk voornaamwoord: Ons gelikt
Wat rijmt er op gelikt
ongelikt -
Buigings-e:
Mooi of mooie gelikt
Groot of grote gelikt
Half of halve gelikt
Grappig of grappige gelikt
Leeg of lege gelikt
leuk of leuke gelikt
Vet of vette gelikt
Snel of snelle gelikt
Wit of witte gelikt
Klein of kleine gelikt
Rood of rode gelikt
Dik of dikke gelikt
Oud of oude gelikt
Goed of goede gelikt
Wat rijmt er op gelikt
Elk of elke: Elk gelikt
Aanwijzend voornaamwoord: Dat gelikt
Bezittelijk voornaamwoord: Ons gelikt
Wat rijmt er op gelikt
ongelikt -
Oefening van de dag