De of het geheugenkaart?
De geheugenkaart
Is het de of het geheugenkaart
In de Nederlandse taal gebruiken wij de geheugenkaart.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: Memory
Deutsch: speicherkarte | Bekijk of het der of die speicherkarte is.
Français: carte mémoire | Bekijk of het Le o La carte mémoire is.
Jou of jouw: jouw geheugenkaart
Buigings-e:
Mooi of mooie geheugenkaart
Groot of grote geheugenkaart
Half of halve geheugenkaart
Grappig of grappige geheugenkaart
Leeg of lege geheugenkaart
leuk of leuke geheugenkaart
Vet of vette geheugenkaart
Snel of snelle geheugenkaart
Wit of witte geheugenkaart
Klein of kleine geheugenkaart
Rood of rode geheugenkaart
Dik of dikke geheugenkaart
Oud of oude geheugenkaart
Goed of goede geheugenkaart
Wat rijmt er op geheugenkaart
Elk of elke: Elke geheugenkaart
Aanwijzend voornaamwoord: Die geheugenkaart
Bezittelijk voornaamwoord: Onze geheugenkaart
Wat rijmt er op geheugenkaart
Buigings-e:
Mooi of mooie geheugenkaart
Groot of grote geheugenkaart
Half of halve geheugenkaart
Grappig of grappige geheugenkaart
Leeg of lege geheugenkaart
leuk of leuke geheugenkaart
Vet of vette geheugenkaart
Snel of snelle geheugenkaart
Wit of witte geheugenkaart
Klein of kleine geheugenkaart
Rood of rode geheugenkaart
Dik of dikke geheugenkaart
Oud of oude geheugenkaart
Goed of goede geheugenkaart
Wat rijmt er op geheugenkaart
Elk of elke: Elke geheugenkaart
Aanwijzend voornaamwoord: Die geheugenkaart
Bezittelijk voornaamwoord: Onze geheugenkaart
Wat rijmt er op geheugenkaart
Oefening van de dag