De of het concurrentiedbeding?
De concurrentiedbeding
Is het de of het concurrentiedbeding
In de Nederlandse taal gebruiken wij de concurrentiedbeding.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: competition clause
Jou of jouw: jouw concurrentiedbeding
Buigings-e:
Mooi of mooie concurrentiedbeding
Groot of grote concurrentiedbeding
Half of halve concurrentiedbeding
Grappig of grappige concurrentiedbeding
Leeg of lege concurrentiedbeding
leuk of leuke concurrentiedbeding
Vet of vette concurrentiedbeding
Snel of snelle concurrentiedbeding
Wit of witte concurrentiedbeding
Klein of kleine concurrentiedbeding
Rood of rode concurrentiedbeding
Dik of dikke concurrentiedbeding
Oud of oude concurrentiedbeding
Goed of goede concurrentiedbeding
Wat rijmt er op concurrentiedbeding
Elk of elke: Elke concurrentiedbeding
Aanwijzend voornaamwoord: Die concurrentiedbeding
Bezittelijk voornaamwoord: Onze concurrentiedbeding
Wat rijmt er op concurrentiedbeding
Buigings-e:
Mooi of mooie concurrentiedbeding
Groot of grote concurrentiedbeding
Half of halve concurrentiedbeding
Grappig of grappige concurrentiedbeding
Leeg of lege concurrentiedbeding
leuk of leuke concurrentiedbeding
Vet of vette concurrentiedbeding
Snel of snelle concurrentiedbeding
Wit of witte concurrentiedbeding
Klein of kleine concurrentiedbeding
Rood of rode concurrentiedbeding
Dik of dikke concurrentiedbeding
Oud of oude concurrentiedbeding
Goed of goede concurrentiedbeding
Wat rijmt er op concurrentiedbeding
Elk of elke: Elke concurrentiedbeding
Aanwijzend voornaamwoord: Die concurrentiedbeding
Bezittelijk voornaamwoord: Onze concurrentiedbeding
Wat rijmt er op concurrentiedbeding
Oefening van de dag
