De of het beroepsgedeelte?
De beroepsgedeelte
Is het de of het beroepsgedeelte
In de Nederlandse taal gebruiken wij de beroepsgedeelte.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: professional part
Deutsch: Berufs Teil | Bekijk of het der of die Berufs Teil is.
Français: partie professionnelle | Bekijk of het Le o La partie professionnelle is.
Jou of jouw: jouw beroepsgedeelte
Buigings-e:
Mooi of mooie beroepsgedeelte
Groot of grote beroepsgedeelte
Half of halve beroepsgedeelte
Grappig of grappige beroepsgedeelte
Leeg of lege beroepsgedeelte
leuk of leuke beroepsgedeelte
Vet of vette beroepsgedeelte
Snel of snelle beroepsgedeelte
Wit of witte beroepsgedeelte
Klein of kleine beroepsgedeelte
Rood of rode beroepsgedeelte
Dik of dikke beroepsgedeelte
Oud of oude beroepsgedeelte
Goed of goede beroepsgedeelte
Wat rijmt er op beroepsgedeelte
Elk of elke: Elke beroepsgedeelte
Aanwijzend voornaamwoord: Die beroepsgedeelte
Bezittelijk voornaamwoord: Onze beroepsgedeelte
Wat rijmt er op beroepsgedeelte
Buigings-e:
Mooi of mooie beroepsgedeelte
Groot of grote beroepsgedeelte
Half of halve beroepsgedeelte
Grappig of grappige beroepsgedeelte
Leeg of lege beroepsgedeelte
leuk of leuke beroepsgedeelte
Vet of vette beroepsgedeelte
Snel of snelle beroepsgedeelte
Wit of witte beroepsgedeelte
Klein of kleine beroepsgedeelte
Rood of rode beroepsgedeelte
Dik of dikke beroepsgedeelte
Oud of oude beroepsgedeelte
Goed of goede beroepsgedeelte
Wat rijmt er op beroepsgedeelte
Elk of elke: Elke beroepsgedeelte
Aanwijzend voornaamwoord: Die beroepsgedeelte
Bezittelijk voornaamwoord: Onze beroepsgedeelte
Wat rijmt er op beroepsgedeelte
Oefening van de dag
