De of het alarmnummer?
Het alarmnummer
Is het de of het alarmnummer
In de Nederlandse taal gebruiken wij het alarmnummer.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: emergency
Deutsch: Notfall | Bekijk of het der of die Notfall is.
Français: urgence | Bekijk of het Le o La urgence is.
Jou of jouw: jouw alarmnummer
Buigings-e:
Mooi of mooie alarmnummer
Groot of grote alarmnummer
Half of halve alarmnummer
Grappig of grappige alarmnummer
Leeg of lege alarmnummer
leuk of leuke alarmnummer
Vet of vette alarmnummer
Snel of snelle alarmnummer
Wit of witte alarmnummer
Klein of kleine alarmnummer
Rood of rode alarmnummer
Dik of dikke alarmnummer
Oud of oude alarmnummer
Goed of goede alarmnummer
Wat rijmt er op alarmnummer
Elk of elke: Elk alarmnummer
Aanwijzend voornaamwoord: Dat alarmnummer
Bezittelijk voornaamwoord: Ons alarmnummer
Wat rijmt er op alarmnummer
Buigings-e:
Mooi of mooie alarmnummer
Groot of grote alarmnummer
Half of halve alarmnummer
Grappig of grappige alarmnummer
Leeg of lege alarmnummer
leuk of leuke alarmnummer
Vet of vette alarmnummer
Snel of snelle alarmnummer
Wit of witte alarmnummer
Klein of kleine alarmnummer
Rood of rode alarmnummer
Dik of dikke alarmnummer
Oud of oude alarmnummer
Goed of goede alarmnummer
Wat rijmt er op alarmnummer
Elk of elke: Elk alarmnummer
Aanwijzend voornaamwoord: Dat alarmnummer
Bezittelijk voornaamwoord: Ons alarmnummer
Wat rijmt er op alarmnummer
Oefening van de dag