De of het afstapje?
Het afstapje
Is het de of het afstapje
In de Nederlandse taal gebruiken wij het afstapje.

Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: your step
Jou of jouw: jouw afstapje
Buigings-e:
Mooi of mooie afstapje
Groot of grote afstapje
Half of halve afstapje
Grappig of grappige afstapje
Leeg of lege afstapje
leuk of leuke afstapje
Vet of vette afstapje
Snel of snelle afstapje
Wit of witte afstapje
Klein of kleine afstapje
Rood of rode afstapje
Dik of dikke afstapje
Oud of oude afstapje
Goed of goede afstapje
Wat rijmt er op afstapje
Elk of elke: Elk afstapje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat afstapje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons afstapje
Wat rijmt er op afstapje
Buigings-e:
Mooi of mooie afstapje
Groot of grote afstapje
Half of halve afstapje
Grappig of grappige afstapje
Leeg of lege afstapje
leuk of leuke afstapje
Vet of vette afstapje
Snel of snelle afstapje
Wit of witte afstapje
Klein of kleine afstapje
Rood of rode afstapje
Dik of dikke afstapje
Oud of oude afstapje
Goed of goede afstapje
Wat rijmt er op afstapje
Elk of elke: Elk afstapje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat afstapje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons afstapje
Wat rijmt er op afstapje
Oefening van de dag