De of het afgevaardigde?
De afgevaardigde
Is het de of het afgevaardigde
In de Nederlandse taal gebruiken wij de afgevaardigde.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: delegate
Deutsch: Delegierte | Bekijk of het der of die Delegierte is.
Français: délégué | Bekijk of het Le o La délégué is.
Jou of jouw: jouw afgevaardigde
Buigings-e:
Mooi of mooie afgevaardigde
Groot of grote afgevaardigde
Half of halve afgevaardigde
Grappig of grappige afgevaardigde
Leeg of lege afgevaardigde
leuk of leuke afgevaardigde
Vet of vette afgevaardigde
Snel of snelle afgevaardigde
Wit of witte afgevaardigde
Klein of kleine afgevaardigde
Rood of rode afgevaardigde
Dik of dikke afgevaardigde
Oud of oude afgevaardigde
Goed of goede afgevaardigde
Wat rijmt er op afgevaardigde
Elk of elke: Elke afgevaardigde
Aanwijzend voornaamwoord: Die afgevaardigde
Bezittelijk voornaamwoord: Onze afgevaardigde
Wat rijmt er op afgevaardigde
vakbondsafgevaardigde - hoofdafgevaardigde - klasafgevaardigde -
Buigings-e:
Mooi of mooie afgevaardigde
Groot of grote afgevaardigde
Half of halve afgevaardigde
Grappig of grappige afgevaardigde
Leeg of lege afgevaardigde
leuk of leuke afgevaardigde
Vet of vette afgevaardigde
Snel of snelle afgevaardigde
Wit of witte afgevaardigde
Klein of kleine afgevaardigde
Rood of rode afgevaardigde
Dik of dikke afgevaardigde
Oud of oude afgevaardigde
Goed of goede afgevaardigde
Wat rijmt er op afgevaardigde
Elk of elke: Elke afgevaardigde
Aanwijzend voornaamwoord: Die afgevaardigde
Bezittelijk voornaamwoord: Onze afgevaardigde
Wat rijmt er op afgevaardigde
vakbondsafgevaardigde - hoofdafgevaardigde - klasafgevaardigde -
Oefening van de dag
